De kwalificaties werden deze middag afgewerkt op Mugello, en de MotoGP deelnemers hadden meteen ook nog een sprintrace te rijden. Uiteindelijk zegevierde Ducati in eigen land, maar dat was wel eenvoudiger gezegd dan gedaan in de korte en extreem snelle race.
Foto: © motogp.com
Het werd voor Francesco Bagnaia (Ducati Lenovo Team) een felbevochten pole op Mugello. Naast hem op de eerste startrij vinden we Marc Marquez (Repsol Honda Team) en Alex Marquez (Gresini Racing) en het was vooral met oudere broer Marc dat “Pecco” het lastig had. Marquez zat naar goede gewoonte in de slipstream van Bagnaia in een poging de ultieme snelste ronde te halen, iets waar Pecco Bagnaia zich danig over opwond.
Bij de start van de sprintrace, enkele uren later, verloren we algauw Alex Marquez, onderuit gereden door de KTM van Binder. Bagnaia maakte een goede start, hield Marquez achter zich en moest dan in amper 12 ronden afrekenen met de rest van het Ducati peloton. Eerst met Jorge Martin, die met de Pramac Ducati uiteindelijk terugviel naar de derde plaats, en dan met Marco Bezzecchi, die met de Mooney VR46 machine net niet genoeg ruimte vond om naar de leiding te gaan. Met Zarco (Pramac Ducati) als vierde en Luca Marini (VR46) als vijfde werd Jack Miller de eerste niet-Ducati met de KTM op de zesde plaats. Geven we nog even mee dat Brad Binder met de KTM een nieuw absoluut snelheidsrecord zette. De Zuid-Afrikaan haalde net voor de remzone van San Donato…366 km/u!
Het werd een vreemde pole voor Aron Canet (Pons Wegow Los40). De Spanjaard zette de beste tijd en ging daarna in de gravelbak. Het leverde hem een tripje langs het medical centre op ter controle. Maar zijn tijd was voldoende om Pedro Acosta (Red Bull KTM Ajo) en Sam Lowes (ELF Marc VDS Racing Team) achter zich te houden.
De Turk Deniz Öncü (Red Bull KTM Ajo) reed op de absolute limiet en hield voor de pole een halve seconde over op Ayumu Sasaki (Liqui Moly Husqvarna Intact GP) en Daniel Holgado (Red Bull KTM Tech3), die hem op de eerste rij vergezellen morgen.