Maxime Martin staat aan de vooravond van zijn tiende deelname aan de 24 Uur van Le Mans. De Brusselaar won met Aston Martin de GTE Pro-klasse in 2020 en zit nu, als officieel Mercedes-rijder aan het stuur van een Mercedes-AMG LMGT3 van Iron Lynx samen met de Australiër Martin Berry en de slechts achttienjarige Nederlander Lin Hodenius. We hadden een zeer boeiend gesprek met de vlotte Maxime Martin.
(Foto’s: © Maxime Martin – DPPI / FIA WEC)
Tot dusver waren er in 2025 nog geen spraakmakende resultaten van Mercedes in het wereldkampioenschap uithouding. Op woensdag kwalificeerde Martin Berry de #61 Mercedes met een elfde plaats voor de Hyperpole, die donderdag op het programma staat. In Le Mans lijkt er dus beterschap.
“Le Mans is een zeer bijzonder circuit met een specifieke BoP. Martin reed een prima kwalificatie, maar om eerlijk te zijn hadden we ook wel wat geluk met de laatste rode vlag op een viertal minuten van het einde. Op dat moment leken er een aantal wagens die achter ons stonden hun tijd te kunnen verbeteren. We zijn uiteraard heel tevreden dat we naar Hyperpole kunnen.”
“We rijden met zeer weinig neerwaartse druk om het gebrek aan topsnelheid enigszins te compenseren. Dit zorgt er wel voor dat de wagen zich nerveuzer gedraagt.”
Maxime is toe aan zijn tiende deelname deelname. Als je zijn palmares bekijkt valt de diversiteit onmiddellijk op. In 2011 bestuurde hij bijvoorbeeld een Lola Aston Martin van Marc VDS, waarmee hij in het gezelschap van Vanina Ickx en Bas Leinders zevende algemeen en in de LMP1-klasse eindigde. Nadien volgden er nog deelnames in LMP2 en de diverse GT-categorieën. Van de acht ander rijders bij Iron Lynx reed enkel Luca Stolz één keer 24 Uur van Le Mans.
“Ik probeer mijn ervaring, over de verschillende aspecten van de 24 Uur van Le Mans, zo goed mogelijk in te zetten voor het ganse team. Enkele rijders, zoals Martin Berry, Lorcan Hanafin, Fran Rueda en Andrew Gilbert reden in het verleden Road to Le Mans, maar verder is de ervaring zeer beperkt.”
Welke delen van het Circuit de La Sarthe vind je het meest aantrekkelijk?
“Zoals de meeste rijders vind ik de Porsche-curves en de bocht van Indianapolis wel super. Het zijn zeer snelle en vloeiende bochten. Het circuit bestaat uit een mix van snelle en enkele trage bochten, wat het zeer tof en afwisselend maakt.”
Je vader Jean-Michel reed zeven keer de 24 Uur en werd in 1980 samen met je nonkel Philippe derde. Je was echter nog maar net geboren toen hij in 1986 zijn laatste editie betwiste. Je vader heeft ongetwijfeld zijn verhalen met je gedeeld.
“Mijn periode als rijder in Le Mans is natuurlijk heel verschillend in vergelijking met die van mijn papa. Hij heeft me uiteraard uitgebreid verteld over zijn ervaringen. Gisteren was hij hier in Le Mans en toen hebben we nog gesproken over het lange rechte stuk van Les Hunaudières, zonder de chicanes. Ze haalden in zijn tijd snelheden van boven de 350km/u. De rijders konden een beetje uitrusten op deze lange rechte lijn, maar het maakte ook dat ze, zelfs bij zo’n hoge snelheid, elk geluid en elke beweging van de wagen waarnamen. Toch wel stressvol, want je wilt geen mechanisch defect krijgen aan zo’n hoge snelheid! Het was een heel speciale en ook wel gevaarlijke periode.”
Om af te sluiten, na 26 jaar staat er terug een Mercedes aan de start in de legendarische Franse uithoudingsrace. In de “Village Constructeurs” staat een stand van Mercedes met een C9 uit het Groep C tijdperk. Voel je dat dit leeft?
“Ja, de terugkeer van Mercedes naar de 24 Uur brengt echt iets te weeg, ook al is het niet in Hypercar maar in LMGT3. De wagens waarmee we hier aantreden zijn trouwens volledig nieuw en ze zullen enkel voor deze race gebruikt worden. Na de wedstrijd worden ze dus niet meer in een competitie ingezet.”
(Nota: de geaccidenteerde #63 van het Australische vader-zoon duo Stephen en Brenton Grove en de Duitser Luca Stolz wordt na het ongeval van woensdag vervangen door een ander chassis.)