Vincent Vosse is ondertussen vijftien jaar de CEO van W Racing Team of WRT en in het voorbije anderhalve decennium is het team dat voorlopig nog in het Henegouwse Baudour zit, tot één van de absolute topteams in de wereld van de GT- en uithoudingsraces uitgegroeid. Het palmares van WRT omvat onder meer titels in GT World, ELMS en FIA WEC, naast zeges in zowat alle grote races. Als partner van BMW M Motorsport zien we WRT dit seizoen bovendien ook in de topklasse van het FIA WEC.
Foto’s: WRT en BMW
Hoe ervaar je het seizoen tot dusver op de verschillende fronten?
“Dit seizoen vormt opnieuw een enorme uitdaging, met diverse elementen die helemaal nieuw zijn. Zo is de samenwerking met BMW M Motorsport haar tweede seizoen ingegaan. We hebben in het FIA WEC nu twee teams parallel aan het werk, één uiteraard in de categorie Hypercars en het andere team in LM GT3. Ondertussen loopt het programma in de GT World Sprint en Endurance door, terwijl we tegelijkertijd volop bezig zijn met de bouw van ons nieuw gebouw aan de luchthaven van Luik, waar we tegen het begin van 2025 met alle divisies van WRT gehuisvest moeten zijn. WRT is immers niet alleen een autosportteam, maar ook een bedrijf.
Sportief beleefden we dit seizoen al enkele zeer mooie momenten, denk maar aan de zege, onder meer met Valentino Rossi, in Misano (GT World), maar ook onze dubbel in Imola tijdens de tweede manche van het FIA WEC was erg mooi. De thuisrace van het FIA WEC, in Spa, was uiteraard een ander verhaal. De echte analyse kunnen we pas op het einde van het seizoen maken, zeker gezien de twee grote races van de beide kampioenschappen, Le Mans (FIA WEC) en Spa (GT World) nog volgen.
In dat opzicht is vooral de race op eigen bodem één waarin we absoluut weer met de zege willen aanknopen. De laatste jaren scoorden we er mooie ereplaatsen, maar winst zat er door pech en racefeiten niet meer in. Daar willen we nu verandering in brengen, zonder dat dat extra druk voor het team met zich meebrengt. We hebben de race in het verleden al tweemaal gewonnen en die successen verlies je nooit meer. Het spreekt voor zich dat we als team collectief sterk willen presteren. Vergeet ook niet dat we de voorbije seizoenen, zeker met de #32, vaak dicht bij de zege in de 24 Uur van Spa zaten.”
Hoe zijn de ambities voor die andere ‘big one’, de 24 Uur van Le Mans?
“Laten we starten met de klasse LM GT3, waar ik vaststel dat we ondanks de één-twee in Imola nog niet echt de snelheid hebben. In Italië was onze winst in de zeer wisselende weersomstandigheden aan een zeer sterke strategie van het team en het perfecte werk van de rijders te danken. In Spa trok ik dezelfde conclusie, los van de race-incidenten uiteraard. Uiteraard willen we in Le Mans competitief zijn, zeker gezien er in de WK-titelstrijd in Le Mans dubbele punten te verdienen zijn.
Wat betreft onze kansen in de klasse Hypercar, waar voor de algemene zege gevochten wordt, dat is echt koffiedik kijken. Je moet eerst en vooral je eigen huiswerk perfect voorbereiden en tijdens de race zelf zo weinig mogelijk tijd verliezen, of het nu op de piste is of in de pitlane. De verschillen tussen de topwagens gaan niet groot zijn en de strijd zal enorm hard bevochten worden. Echter, de concurrentie kan ik niet inschatten, dat is vandaag een onmogelijke opdracht. Ik moet eerlijk toegeven dat ik het niet weet.”
Wat is het geheime recept van WRT?
“Ik denk in eerste instantie mijn samenwerking met Yves Weerts, die me al tijdens mijn rijderscarrière steunde. Hij heeft me altijd hogere objectieven laten nastreven, waardoor het team groeide. Een tweede element is de continuïteit bij onze medewerkers. Ik ga er voor de vuist weg enkele opsommen, denk maar aan Pierre Dieudonné die al veertien jaar bij ons actief, is, Thierry Tassin is aan zijn twaalfde seizoen toe, Maar ook mensen als Kurt Mollekens, Frédéric Colaux of Wim Everaerts passen in dat plaatje. Ook de komst van Kathleen Schurmans, de Co-CEO van het bedrijf heeft mee bijgedragen tot het team zoals het nu is. Ik mag ook de bijdrage van François Verbist in de beginjaren van WRT zeker niet vergeten. De continuïteit van al die mensen, vormt mee de basis van ons bedrijf.
Daarnaast heb ik van vier teams waar ik destijds gereden heb, belangrijke elementen meegenomen. In willekeurige volgorde som ik ze op: Vitaphone, Oreca, Larbre Compétition en Delahaye Racing. Bij ieder van die teams heb ik elementen voor de fundamenten van ons team gehaald. Bij Vitaphone was dat de zorg voor het detail, het perfectionisme van het team. Bij Oreca ging het dan weer over de aanpak van het bedrijf, waarbij naast een autosportteam ook andere bedrijfsactiviteiten waren die voor de nodige stabiliteit zorgden. Ik denk daarbij aan de samenwerking met diverse constructeurs, over de verkoop van onderdelen tot zelfs merchandising. Op die manier kom je bij een heus bedrijf uit, dat verdergaat dan enkel het racen op circuit.
Bij Larbre Compétition heb ik geleerd dat de goede keuzes maken, erg belangrijk voor een team is, waarbij het juiste compromis tussen de sportieve ambities en de financiële draagkracht moet gemaakt worden. Keuzes voor rijders of een technische partner die soms geld kosten, maar op termijn ook geld kunnen opbrengen, zijn dan het overwegen waard.
Last but not least is er het Belgische Delahaye Racing, waar ik in BTCS reed. Het was een klein, maar erg professioneel team, ook met een enorm oog voor detail, waar tegelijkertijd het familiale aspect erg belangrijk was en dat aspect verzorgen we bij WRT zonder meer ook heel erg. Ik heb Pierre Sevrin en Gilles Terlinden overigens nog aangeboden om bij ons te komen werken, in de prille fase van WRT.”
In welke mate zullen we die filosofie herkennen in de nieuwe gebouwen van WRT in Luik?
“De basis van de aanpak, loopt gelijk met de aanpak van ons bedrijf, al ben je natuurlijk beperkt door praktische zaken. Het terrein heeft een bepaalde afmeting en daarbinnen moet je aan de slag, je bent dus nooit 100% vrij in je aanpak. Alle onderdelen van het bedrijf, zowel uit Baudour als Stavelot zullen overigens in Luik ondergebracht worden, waarbij als alles goed loopt, we eind dit jaar, begin volgend jaar in Luik aan de slag zullen zijn.”