Mclaren, het team dat in Budapest nog een een-twee haalde, kwalificeerde in Spa vierde en vijfde. Teambaas Andrea Stella en rijders Lando Norris en Oscar Piastri lichten toe waarom ze niet voor de Red Bull-wagens eindigden.
Tekst: Sally Raspoet
Stella legt uit: “Max vormt een bedreiging, hij is in Spa uitzonderlijk snel in zowel droge, als natte omstandigheden. We weten dat Red Bull op dit soort circuits waarschijnlijk een voorsprong op ons heeft en dat is gisteren bewezen. Hij blijft de favoriet voor de overwinning vandaag, ook al start hij op de elfde positie. We moeten goed naar onszelf kijken. We hebben voor morgen een strategie waar we tevreden mee zijn.”
Lando Norris voegt daar nog aan toe: “Red Bull is het hele weekend al sterk, ook tijdens de tweede vrije training. Dat viel toen echter niet op, omdat we verschillende strategieën uitprobeerden. Op een bepaalde manier is dat goed, het laat zien dat we nog veel werk te doen hebben, zelfs na een paar goede races. Max zag er sterk uit, al sinds ronde 1 van VT1, dus hij zal een bedreiging vormen.”
Het team geeft aan dat ze niet de snelsten zijn, ondanks wat andere teams beweren. “Boedapest was het enige weekend waarin ik met een gerust hart kan zeggen dat we het snelste team waren. Het ligt ongelofelijk nauw. We moeten gewoon proberen het maximale uit de races te halen”, aldus Piastri.
Over de controversiële ‘team orders’ in Hongarije wou teambaas Stella nog het volgende kwijt: “De makkelijkste manier om de een-twee voor Mclaren te garanderen was om de pitstop uit te voeren in de volgorde waarin we dat deden. Maar we hadden de situatie voor de race beter moeten voorbereiden. Het duurde Lando even om dat te beseffen, maar na de race toonde hij zijn maturiteit door het team en Oscar te feliciteren. Jammer dat hij dit niet sneller inzag, want dan had hij wellicht zijn positie terug kunnen verdienen tijdens de race.”
