MotoGP: achter de schermen bij Lenovo Ducati

Tijdens het MotoGP-weekend in Assen konden we kennismaken met het topteam in de specialiteit. Het wereldkampioenenteam van Ducati liet ons achter de schermen kijken van een raceweekend waarbij vooral hun unieke relatie met IT-grootmacht Lenovo opviel.

foto’s: © Ducati

Net als in de Formule 1, maakte MotoGP ook een technologische evolutie door: weg groezelige garages en mecaniciens in oliebesmeurde overalls. In 2024 worden de racemachines binnengehaald in kraaknette pitboxes waar techniekers in een perfect georkestreerd ballet aan het werk gaan en vooral…waar ingenieurs gewapend met laptops en datakabels alle geheimen uit het binnenste van het racebeest halen. Een eerste aanzet naar de unieke relatie van pur-sang raceconstructeur Ducati en informaticaspecialist Lenovo krijgen we van Sportief Directeur Mauro Grassilli. “We wilden begrijpen hoe we informatica beter konden integreren in de racerij. In 2021 waren we op zoek naar een nieuwe titelsponsor. We wilden een sponsor die niet alleen een badge zou zijn, maar een partner die deel uitmaakt van het team. Lenovo vulde alle vakjes in.

Hoe belangrijk informatietechnologie is geworden in de hedendaagse racerij verklaart Giacomo Gironi, race IT-manager. “We kunnen Lenovo volledig vertrouwen in onze dagdagelijkse activiteiten. We willen technologie kunnen toepassen op de snelst mogelijke manier, de grootst mogelijke hoeveelheid data verwerken op de meest efficiënte manier. Dat is belangrijk, zeker gezien de omstandigheden waarin we werken: zand in de woestijn, regen, of enorm hoge temperaturen en vochtigheid zoals in Azië. En het gebeurt allemaal ter plaatse, we hebben een server on-site staan, ook hier, maar we kunnen de gegevens ook aanspreken op afstand. Dat kwam uit noodzaak. Onder COVID ontstond ons idee van de Lenovo Remote Garage. Gegevens worden trouwens ook gedeeld met de andere Ducati-teams! Er is in MotoGP geen tweewegs-telemetrie toegelaten. Er zitten vijftig sensoren in de motoren, die gegevens meten en verzamelen. Op het moment dat de rijders in de pit komen halen we via een datakabel alle informatie binnen. Snelheid is daarbij van primordiaal belang, want in bijvoorbeeld de kwalificatie hebben we soms maar een kwartiertje. De data wordt onmiddellijk verwerkt, eventueel vergeleken met die van vorig seizoen of van een vooraf opgestelde baseline.

Veel data…, maar die moet beheersbaar blijven

Riccardo Savin heeft de meest ingewikkelde titel. Hij is de ‘Chassis & Vehicle Dynamics Engineer’. Wat doet zo iemand?
Eigenlijk proberen wij de problemen op voorhand te voorzien. Vandaag worden de oplossingen niet meer gezocht in de rauwe data, maar in de analyses die we maken. AI zou ik het niet noemen, maar uiteraard werken we met algoritmes. De snelheid van de dataverwerking die we hierbij nodig hebben, is afhankelijk van de diepte van de analyse die we willen uitvoeren. Neem nu in een vereenvoudigd voorbeeld de befaamde vleugeltjes in MotoGP. Eerst werd dat enkel bekeken vanuit het standpunt van de drag-reduction, maar nu zien we steeds meer de impact dat het heeft op het afleveren van de power, de ophanging, de koppelcurve, en ga zo maar door. De IT technologie heeft hier een grote invloed. Vroeger had je een idee, moest dat uittekenen en berekenen, een model maken, langs de windtunnel passeren en dan de productie doen, het minste foutje en dan begon je opnieuw. Het nam veel tijd in beslag. Het gaat ook nu nog de nodige tijd nemen, maar we kunnen de correcties onderweg uitvoeren. En we doen nog steeds tests, maar de rijder op de motor in de windtunnel is nu vaak de laatste stap in het hele proces!

People dynamics

Zien we ooit de AI en informatica de plaats innemen van de rijder? Waar zou men, buiten de elektronica, nog een verschil kunnen maken? Er zijn nu al vleugeltjes, holeshot device (n.v.d.r.: een soort launch control), dingen die decennia geleden ondenkbaar waren. Wat kan nog?
Riccardo Savin: “We zouden kunnen sensoren plaatsen in het pak van de rijder. Om de airbags te activeren, is dat al zo. Maar meer nog dan die gegevens is de samenwerking met de rijder belangrijk. Dan komen we tot de people dynamics. Dat is de relatie, de interactie, die de rijder heeft met de diverse onderdelen van de mechaniek. Vooral de manier waarop wij, de ingenieurs, en de rijders, gegevens uitwisselen en meedelen is van groot belang. Soms vinden we iets kleins, zoals een omwenteling die anders zit, we kunnen dan tonen dat hij bijvoorbeeld iets vroeger op het gas gaat dan andere rijders, of in een andere hoek leunt. Soms ervaren de rijders een probleem en bekijken we alle metingen… en vinden wij niets. We kunnen dan enkel zeggen dat voor ons, mechanisch, er niets aan de hand is. Maar dan weten we nog steeds niet wat het probleem is dat de rijder ervaart. En opgelet! Als een rijder zoiets zegt dan wordt er geluisterd. Die jongens zijn ongelooflijk. Zij voelen soms een hapering, een kleine trilling, wat dan ook, en dan vinden we helemaal niets. Maar dikwijls gebeurt het dat drie ronden later er iets faalt, een bougie kapot gaat, of er iets los komt! De rijders hebben een zeer aparte band met de motor.