Marc Duez is met 33 edities recordhouder van het aantal deelnames in de 24 Uur van Spa. De Belgische allrounder won er drie van, twee met BMW op het einde van het toerwagentijdperk en één met de Chrysler Viper van Larbre Compétition toen de wedstrijd voor het eerst voor het FIA GT meetelde. Ook dit jaar zal Marc de nodige rondjes rijden tijdens het weekend van de het honderdjarig bestaan van de 24 Uur, maar deze keer als bestuurder van de safety car.
(Foto’s: © David Noels, SRO en Marc Duez Events)
Marc Duez is één van de meest veelzijdige rijders ter wereld. De in Verviers geboren musketier combineerde verschillende decennia lang het racen op circuit met rally en dit zowel op nationaal als internationaal niveau. Hoeveel 24 uurswedstrijden hij reed, kon hij zelf niet zeggen, maar “het zijn er zeker meer dan honderd”. Naast zijn uitgebreide palmares in de 24 Uur van Spa, won hij vier keer de 24 Uur van de Nürburgring en was hij succesvol in de etmaalraces in Le Mans en Daytona.
Marc, je bent zoals Eric van de Poele, Vincent Vosse, Bertrand Baguette en nog vele andere rijders afkomstig uit Verviers. Hoe ben je met de autosport in contact gekomen?
“Mijn ouders hadden een hotel met restaurant in de Hoge Venen. Een van de garçons had een Mini Cooper S en was gepassioneerd door auto’s. Hij nam me mee naar het circuit van Francorchamps voor de Grote Prijs en de 24 Uur. Een vriend van mijn vader was wedstrijdleider en zo kwam ik nog meer in contact met de autosport.”
Je eerste 24 Uur was in 1977, toen nog op het oude circuit van Spa. Welk gevoel gaf dit?
“Het circuit en de wedstrijd waren indrukwekkend. Met eender welke wagen was de grote, originele omloop toen veel te snel en heel gevaarlijk. Eigenlijk was ik na elke ronde wel blij dat ik start/finish zag. Ik was echt nog jong (20). Tijdens mijn eerste edities leerde ik veel, maar ik merkte tegelijk dat ik nog veel meer moest opsteken. In 1977 had een van mijn teamgenoten een aanrijding. Het duurde een tijd voor hij terug in de pits was en dan volgde nog een lange herstelling. Nadien is hij in Burnenville van de baan gegaan, nog voor ik aan het stuur had plaatsgenomen.”
“Het jaar nadien reed ik met Thierry Boutsen en Lella Lombardi met een Toyota van Luigi Racing. Toen ik aan het rijden was zag ik rook uit de motor komen. De drijfstang had het begeven.”
Was het duidelijk dat het in ’78 de laatste editie op het grote circuit zou worden?
“Zeker, de wagens werden sneller en sneller en er was een aanzienlijk niveauverschil tussen de rijders, met de combinatie van professionele rijders en amateurs. Er hing constant gevaar in de lucht!”
Had je iemand die je tips gaf en begeleidde in deze beginperiode?
“Ik had het geluk om Willy Braillard te kennen, en hij is de rijder die me het meest heeft bijgebracht. Ik leerde ook veel door te kijken hoe hij met alles omging.”
Je moest een lange tijd wachten om de 24 Uur van Spa-Francorchamps te winnen. Twintig jaar om precies te zijn.
“Absoluut. Het was een magnifieke zege met de BMW Supertoerisme in 1997. In Francorchamps win je nooit met twintig ronden voorsprong. De huidige wedstrijden zijn heel competitief, maar ook toen hadden we een intense strijd met de andere wagen van Bigazzi en je had ook de BMW diesel die snel en betrouwbaar was. Het was een heel mooie overwinning, met twee uitstekende teamgenoten, Didier de Radiguès en Eric Hélary. Mijn ouders waren daar en stonden tot mijn verbazing ineens mee op het podium. Ik was ook van de streek en dat maakte het voor veel mensen speciaal.”
“Mijn ouders hebben me toegestaan om autosport te beoefenen. Het is heel moeilijk om van autosport je beroep te maken, dus dat was geen evidente keuze en het vroeg wel het nodige geduld. De zege in 1997 was dan ook een van de mooiste uit mijn loopbaan.”
Hoe heb je de wedstrijd zien evolueren?
“Uithoudingswedstrijden zijn sinds de jaren ’80 meer en meer een sprint geworden. Een rally duurde in die tijd nog lang en daar moest je ook echt op de mechaniek letten. Op het circuit reed je in de endurance een 200-tal toeren minder hoog dan in de kwalificatie, maar niet meer, want je was constant in strijd met je concurrenten. De wagens werden ook steeds bedrijfszekerder. Als de anderen beslisten om het tempo hoog te leggen, moest je meegaan.”
Heb je een specifieke wagen of een periode waaraan je met veel plezier terugdenkt?
“Er zijn wel speciale wagens zoals de Porsche 911, de BMW M3 en de MG Metro in de rally. Voor het circuit denk ik dan met plezier terug aan de Porsche 962 en de Mazda uit het Groep C-tijdperk of de BMW M3. De Viper was ook een fantastische wagen! Ik heb dus niet een exemplaar dat er bovenuit steekt, maar meerdere. Wanneer je de kans hebt om een mooie competitieve wagen te besturen dan is dat geweldig. Het merk of het type maakt me niet veel uit. Als je me vraagt of ik rally of circuit verkies, dan zeg ik dat het afhangt van de wagen. Wanneer je een competitieve auto hebt, is het tof. Met een slechte wagen is het sowieso niet aangenaam om te rijden.”
Heb je een speciale anekdote?
“Ik bewaar aan elke wedstrijd wel specifieke herinneringen en souvenirs, maar er is er niet een die er echt bovenuit steekt. 33 deelnames, dat wil zeggen dat je al oud bent en al wel wat vergeet. (lacht) Nee, luister, ik heb de kans gehad om voor vele uitstekende teams te rijden in het gezelschap van fantastische teamgenoten. Ik heb met veel goede piloten kunnen samenwerken en heb in al die jaren heel veel geleerd, zowel in rally als op circuit.”
Zou je nog een keertje aan de 24 Uur willen deelnemen?
“Ik ben niet meer voldoende competitief om mee te doen met de huidige 24 Uur en heb al zeker niet meer het niveau om voor een overwinning te strijden. Ik rij nog steeds heel graag, maar voor mijn plezier en daar zit een constructeur niet op te wachten. Plaats aan de jongeren!”
Marc Duez in de 24 Uur van Spa:
- 1977 / Toyota Celica – Racing Team Debor / Marc Duez – Pierre Laffeach – André Savary: opgave
- 1978 / Toyota Sprinter Trueno – Luigi Racing / Marc Duez – Thierry Boutsen – Lella Lombardi: opgave
- 1979 / Ford Capri – Gordon Spice Racing / Marc Duez – Dany Baele – Daniël Herregods: opgave
- 1980 / Ford Capri – Belga Castrol Team / Marc Duez – “Alain Dex” – Jean-Louis Dumont: opgave
- 1981 / Mazda RX-7 – TWR / Marc Duez – Chuck Nicholson – Win Percy – Jeff Allam: 5de
- 1982 / Audi 80 Coupé – Seikel Motorsport / Marc Duez – Manfred Trint – Willi Bergmeister: 13de
- 1983 / Mercedes-Benz 450 SLC – Serge Power / Marc Duez – Michel de Deyne – Hervé Regout: opgave
- 1984 / Rover Vitesse – Rover Gitanes / Marc Duez – Jean-Louis Schlesser – Pete Lovett: 8ste
- 1986 / Mercedes-Benz 190 – Carlsson Motorsport / Marc Duez – Bruno di Gioia – Sdenek Vojtech: opgave
- 1987 / BMW 635 CSi – Waterloo Motors / Marc Duez – Philip Verellen – Raymond Van Hove: 8ste
- 1988 / BMW M3 – Prodrive / Marc Duez – Jean-Louis Schlesser – Jean-Pierre Jabouille: 8ste
- 1989 / BMW M3 – Prodrive / Marc Duez – Didier Theys – Steve Soper: opgave
- 1990 / BMW M3 – BMW M Team Schnitzer / Marc Duez – Dieter Quester – Christian Danner: 2de
- 1991 / Toyota MR-2 – Toyota Racing / Marc Duez – Renaud Verreydt – José Close: opgave
- 1992 / BMW M3 – Team Schnitzer / Marc Duez – Roberto Ravaglia – Johnny Cecotto: opgave
- 1994 / BMW 318is – BMW Fina Bastos Team / Marc Duez – Joachim Winkelhock – Alain Ferté: 2de
- 1995 / BMW 320i – BMW Fina Bastos Team / Marc Duez – Nelson Piquet – Roberto Ravaglia: 2de
- 1996 / BMW 320i – BMW Fina Bastos Team / BMW 320i Marc Duez – Peter Kox – Steve Soper: 2de
- 1997 / BMW 320i – BMW Fina Bastos Team / Marc Duez – Didier de Radigues – Eric Hélary: winnaar
- 1998 / BMW 320i – BMW Fina Bastos Team / Marc Duez – Alain Cudini – Eric van de Poele: winnaar
- 1999 / BMW 320i – BMW Fina / Marc Duez – Didier de Radigues – Vincent Vosse: opgave
- 2000 / BMW 320i – BMW Fina / Marc Duez – Vincent Vosse – Patrick Huisman: opgave
- 2001 / Chrysler Viper – Larbre Compétition / Marc Duez – Christopher Bouchut – Jean-Philippe Belloc: 1ste
- 2002 / Chrysler Viper – Paul Belmondo Racing / Marc Duez – Fabio Babini – Boris Derichebourg: 8ste
- 2004 / Chrysler Viper – Zwaan’s Racing / Marc Duez – Loic Deman – Stéphane Lémeret – Fanny Duchateau: opgave
- 2005 / Corvette C5-R – SRT / Marc Duez – Jos Menten – Eric Cayrolle – Bruno Hernandez: 8ste
- 2006 / Porsche 996 – Ice Pol Racing / Marc Duez – Yves Lambert – Christian Lefort – Marc Goossens: 16de
- 2007 / Corvette C5-R – SRT / Marc Duez – Damien Coens – Maxime Soulet – Steve Vanbellingen: 10de
- 2008 /Porsche 997 – Ice Pol Racing / Marc Duez – Ludovic Sougnez – Koen Wauters – Olivier Muytjens: opgave
- 2010 / Ford GT – MarcVDS Racing Team / Marc Duez – Bas Leinders – Maxime Martin: 8ste
- 2011 / Ford Mustang – MarcVDS Racing Team / Marc Duez – Jean-Michel Martin – Eric Bachelart: 28ste
- 2015 / BMW Z4 – BMW Racing Against Cancer / Marc Duez – Pascal Witmeur – Jean-Michel Martin – Eric van de Poele: buiten competitie
- 2019 / Porsche – 1969 Tribute / Marc Duez – Loic Deman – Stéphane Lémeret – Angélique Detavernier: buiten competitie
