Thibaut Ramaekers : “Ik weet waar ik beter moet worden”

Vorig jaar werd hij in de kleuren van het RACB National Team nog vice-Europees kampioen in OK Junior, dit jaar gaat Thibaut Ramaekers in de OK-categorie een nieuwe uitdaging aan. Op een week voor de start van het Europese kampioenschap houdt de 14-jarige uit Chimay bij het bekend maken van zijn ambities beide voeten op de grond.

(perbericht / foto: © 2024 RACB National Team)

Met Thibaut Ramaekers en Dries Van Langendonck bezit de Belgische autosport op dit ogenblik twee talentvolle jongeren op het hoogste niveau van de internationale kartwereld. In 2023 werd Dries Van Langendonck wereldkampioen CIK-FIA in OK Junior, enkele weken nadat Thibaut Ramaekers de vice-Europese titel in dezelfde categorie had veroverd. In 2024 komen Thibaut en Dries samen uit voor het RACB National Team. De 13-jarige Limburger rijdt dit jaar aanvankelijk in OK Junior, met de Europese titel als hoofddoel, waarna hij het wereldkampioenschap in OK zal afwerken. ‘Tbo’ zet al onmiddellijk de grote stap naar de OK-categorie, de Seniors dus.

Thibaut, hoe verloopt je voorbereiding op je eerste seizoen in OK?
Ik werkte al twee voorbereidingsraces af en er zijn wel een paar redenen om tevreden te zijn over mijn wedstrijdritme. Qua pure snelheid zijn het team VDK Racing en ikzelf op de afspraak. Dat wisten we onder andere vorig weekend nog te bewijzen, toen ik in het kader van het Champions of the Future kampioenschap de tweede kwalificatietijd liet optekenen. Ook tijdens de kwalificatieraces kwamen we goed voor de dag, en in de Super Heat finishte ik als tweede. Enkel de finale liep niet zo goed, maar ik heb wel veel opgestoken.

Wat vraagt de grootste aanpassing?
Zonder twijfel het bandenmanagement. In OK zijn die heel wat zachter dan in OK Junior, waardoor ze sneller slijten. Ik moet dus leren om ze in de loop van het weekend wat te sparen, wat betekent dat ik soms moet rijden zonder aan te vallen. Een ander punt waar ik nog moet aan werken is het rijden in de regen. Naast mijn kleine gestalte – wat me niet helpt, want zo moet ik met een zwaarder chassis dan de concurrentie onderweg – moet ik ook nog het extra vermogen onder de knie krijgen. Een OK vergt bij het gas geven een iets verfijndere rijstijl, zeker als er weinig grip is. Ik kan me ook nog verbeteren in het rijden in peloton. Als er in een fractie van een seconde een beslissing moet worden genomen heb ik duidelijk wat minder ervaring dan andere Seniors. Kortom, ik heb nog wel wat werk om voor 100 procent aan de start te staan, maar ik weet waar ik beter moet worden.

Gelukkig kan je wel in een vertrouwde omgeving aan de slag.
Inderdaad. Ik mag dan wel van categorie veranderen, mijn omkadering blijft dezelfde als in 2023: het team van VDK Racing, mijn trouwe mecanicien ‘JC’, de steun van Dino Chiesa (de baas van het merk Kart Republic, red.), motorleverancier IAME, en de steun van het RACB National Team. Ik kan in een hyper-sereen klimaat aan de slag, en dat laat me toe om veel vooruitgang te boeken.

Wat zijn dan je verwachtingen voor het Europese kampioenschap, dat van 21 tot 24 maart in Valencia van start gaat?
Het doel wordt om progressie te boeken, zonder me onnodige druk op te leggen… hoewel er altijd druk is, uiteraard. Gezien mijn wedstrijdritme tijdens de voorbereidingsraces denk ik dat een plaats in de top 10 een haalbaar doel is. Er zijn vier meetings (Valencia in Spanje, Val d’Argenton in Frankrijk, de Slovakia Ring en het Zweedse Kristianstad, red.), die elk worden voorafgegaan door een voorbereidingsrace uit het Champions of the Future kampioenschap. Tegelijk werk ik ook de IAME Euro Series in de X30 Senior-klasse af. Hoewel dat niet mijn belangrijkste doel wordt, laat me dat wel toe het op te nemen tegen meer ervaren rijders, waardoor ik sneller kan leren. Aan het eind van het seizoen hoop ik te kunnen schitteren in het wereldkampioenschap, hoewel het format van één wedstrijd daar heel frustrerend kan zijn, want zo speelt pech of geluk een belangrijkere rol.

Valencia is een circuit dat je in 2023 bijzonder goed leek te liggen.
Ja, dat klopt. Ik heb er in X30 Junior de IAME Winter Cup gewonnen, en ook de race van Champions of the Future én de eerste manche van het Europese kampioenschap OK Junior. Je zou dus kunnen stellen dat het circuit me ligt, en ik hoop dat tijdens de eerste wedstrijd van het Europese kampioenschap OK te kunnen bevestigen.

Dit wordt je tweede jaar bij het RACB National Team. Wat heeft deze structuur je bijgebracht?
Twee dingen. Aan de ene kant is er de fysieke voorbereiding. Het RACB National Team helpt me heel wat op dat vlak, zeker door de groepstrainingen die we elke dinsdag in Namen afwerken, in de nieuwe gebouwen van het RACB Performance Center. En dan is er ook de familiale sfeer die er heerst. Die werkt heel motiverend. Het klikt enorm met Dries (Van Langendonck, red.) en bovendien krijg ik ook heel wat tips en aanmoedigingen van andere leden van het RNT, zoals Tom Rensonnet, Yani Stevenheydens, Lyssia Baudet en Pauline Denis. Zij hebben net als ik heel veel zin om de Belgische kleuren met verve te verdedigen!