Le Mans 24 – 1970-1980: Jacky Ickx wordt mederecordhouder en de Belgische dames ‘Christine’ en Yvette Fontaine blinken uit

In de jaren ’70 legde Porsche met vijf overwinningen in tien edities de basis van zijn legendarische relatie met Le Mans. Jacky Ickx speelde een belangrijke rol voor de Duitse constructeur door in ’76 en ’77 te winnen. Dat eerste jaar was het trouwens samen met Gijs van Lennep. Gijs was in ’71 de eerste Nederlander die de etmaalrace won.

(Foto’s: © Porsche – collectie Lucien Beckers – tekst Peter Crauwels)

Attwood-Herrmann

Richard Attwood en Hans Herrmann hadden de eer om in 1970 Porsche de eerste algemene overwinning te schenken. Ze deden dat met een Porsche 917 en het model zou ook in 1971 zegevieren in de handen van Helmut Marko en Gijs van Lennep. Vanaf 1972 was het voor drie jaar Matra dat de toon aan gaf. Henri Pescarolo won in 1972, 1973 en 1974 drie van zijn van vier zeges. Met 33 edities achter zijn naam, telt Pescarolo nog steeds het record aantal deelnames.

In 1977 vormde Ickx-Pescarolo het rijdersduo van de #3 Porsche 936. De wagen viel echter al na enkele uren uit en de Belg werd getransfereerd naar de #4 waarmee Hurley Haywood en Jürgen Barth onderweg waren. Deze wagen had al een ruime achterstand van ongeveer vijftien ronden. Jacky kreeg carte blanche en zette alles op alles om zich terug in de strijd om de zege te mengen. Na problemen van verschillende Alpine kwam de #3 aan de leiding. Ickx zat meer dan elf uur aan het stuur en deze editie wordt beschouwd als een van de beste en meest memorabele wedstrijden van Monsieur Le Mans. Het was na 1975 met een Mirage en 1976 met een Porsche zijn derde overwinning op rij waardoor hij met vier zeges mederecordhouder naast Olivier Gendebien werd.

De seventies werden afgesloten met winst van Jean-Pierre Jaussaud en Didier Pironi met een Renault Alpine in 1978 en de overwinning van Klaus Ludwig en de broers Whittington met een Kremer Porsche 935 een jaar later.

Vrouwen opnieuw welkom

Raar maar waar, van 1957 tot 1971 waren vrouwen niet toegelaten om aan de 24 Uur van Le Mans deel te nemen. Marie-Claude Beaumont was in 1971, met een Chevrolet Corvette, de eerste dame die opnieuw werd aanvaard.

Christine Beckers

Tijdens de volgende jaren kwamen ook Christine Beckers en Yvette Fontaine op het toneel en ze lieten zich opmerken. In 1974 deelden de dames een Chevron B23 met de Française Marie Laurent en werden zeventiende en eerste in de klasse tot 2000cc. Drie jaar later beschikte Christine over een Inaltéra uit Group 6, de topcategorie. Ze vormde een team met de Italiaanse Lella Lombardi, de enige vrouw die in de punten eindigde bij een F1-race, en werd elfde. Hun Inaltéra lag in de top-5 tot ‘Christine’ een kortsluiting langs de rechte lijn van Hunaudières eigenhandig wist te repareren.

Hiermee evenaarde het duo ‘Christine’-Lombardi de beste positie van een volledig vrouwelijke equipe in het eindklassement sinds de editie van 1930 met de zevende plaats van Odette Siko en Marguerite Mareuse. In 1975 was Yvette Fontaine met een Porsche 911 al elfde geworden in gezelschap van twee Franse dames. Siko-Mareuse zijn tot op heden nog steeds recordhouders.

Er waren ook nog andere Belgen die hun klasse wonnen in de jaren ‘70. In 1972 zegevierde Claude Bourgoignie met een Ford Capri in Group 2 en werd hij tiende algemeen. Pierre Rubens eindigde in 1975 met een De Tomaso Pantera bovenaan bij de categorie voor wagens met een motorinhoud van 5 liter of meer. Jean-Marie Detrin finishte in 1976 met een BMW 3.0 CSL als eerste in Group 2 en in 1977 won Pierre Dieudonné met een BMW van het Belgische Luigi Racing de IMSA-klasse. Jacky Ickx werd in 1978 tweede algemeen en zijn wagen stond bovenaan bij de index voor energie-efficiëntie.